Turijn ligt in het noordwesten van Italië, vlakbij de Alpen, en is het hart van een regio vol afwisseling. In de stad zelf vind je brede lanen, historische gebouwen en een elegant centrum. Maar wat Turijn bijzonder maakt, is hoe makkelijk je de stad uit bent — en ineens in een totaal ander landschap staat.

Net buiten het centrum beginnen de groene heuvels van de Collina Torinese. Je kunt er naartoe voor een wandeling, een picknick met uitzicht, of gewoon om even de stad achter je te laten. Een aanrader is de Anello Verde, een wandel- en fietsroute van zo’n 34 kilometer, verdeeld over zes etappes. Je loopt dwars door natuurparken als Parco della Maddalena en Parco Leopardi, tot aan de oevers van de Po. Onderweg heb je steeds wisselende uitzichten en veel rust.

Een van de hoogtepunten is de Basiliek van Superga, die hoog boven de stad ligt. Je kunt er naartoe wandelen of de tandradtram nemen — een ouderwets treintje dat zich in twintig minuten tussen tuinen en villa’s omhoog kronkelt. Boven wacht niet alleen een indrukwekkende kerk, maar ook een uitzicht over Turijn en de Alpen dat je niet snel vergeet. Bij helder weer kijk je tientallen kilometers ver.

Aan de andere kant van de heuvels ligt Villa della Regina, een koninklijk buitenverblijf omringd door fonteinen en terrassen. Het park is rustig en mooi aangelegd, met overal plekjes om even te gaan zitten. Wie graag fietst, kan kiezen voor de Corona di Delizie in Bicicletta — een netwerk van rustige fietsroutes langs koninklijke residenties, dorpen en parken. Voor wie wat meer uitdaging zoekt is er het Grande Tracciato della Collina di Torino, een route van 65 kilometer van Turijn naar Chivasso. Onderweg stop je bij kerkjes, uitzichtpunten en lokale lekkernijen, zoals de Nocciolini: kleine meringuekoekjes met hazelnoot.

Ook buiten de heuvels is er veel te ontdekken. In het westen liggen de Valli di Lanzo, een ruig berggebied met bossen, rivieren en kleine dorpen met stenen huizen. In het zuiden kom je langs wijngaarden, open velden en oude landhuizen. Net buiten de stad ligt het jachtpaleis van Stupinigi, een indrukwekkend barok gebouw dat ooit werd gebruikt door het koninklijk huis.

Ga je iets verder noordelijk, dan kom je in het gebied Canavese. Hier wisselen meren, wijnvelden en bossen elkaar af. Rond meren als Viverone en Candia heerst een mild microklimaat, ideaal voor druiven als de Erbaluce DOCG of de Carema DOC — wijnen die vaak nog met de hand worden verbouwd op eeuwenoude terrassen.

Langs de Strada Reale dei Vini Torinesi kun je proeven bij wijnhuizen, stoppen bij romaanse kerkjes of een van de UNESCO-locaties bezoeken, zoals het Sacro Monte di Belmonte of het Castello di Agliè. In Ivrea, bekend van Olivetti, ontdek je nog een ander stukje geschiedenis — met musea die laten zien hoe technologie, architectuur en sociaal ondernemen hier ooit hand in hand gingen.

Of je nu een middag op pad wilt of een langere tocht plant, de regio rond Turijn verrast steeds opnieuw. Rust, natuur, cultuur en goed eten liggen hier nooit ver van elkaar.